< Back

Basistips bij Autisme

 

Zorg voor voorspelbaarheid

• In tijd: wat ga je wanneer doen? Communiceer dit voldoende op tijd. Iedere persoon is hier anders in. Voor de ene is het oké om een uur op voorhand te weten wat er komt, en de andere heeft graag een duidelijke planning een dag op voorhand.
• In ruimte: communiceer waar de activiteit doorgaat en met wie. Laat eventueel foto’s zien bij nieuwe activiteiten.

 

Visualiseer waar nodig

Personen met autisme hebben hele sterke visuele vaardigheden en daarom kan je altijd gebruik maken van foto’s, pictogrammen, stappenplannen,....

Niet elk kind, jongere of volwassene heeft dit nodig in elke situatie. Kijk dus goed wat de persoon in kwestie nodig heeft

Visualiseren hoeven niet per se foto’s of pictgogrammen zijn, maar voor velen is dat wel erg fijn. Ook geschreven tekst (vb: een boodschappenlijstje, een planning van de dag) kan soelaas bieden (ook dat is visualisatie).

 

Wees concreet in wat je zegt

• Personen zonder autisme spreken vaak in beeldtaal, maar voor iemand met autisme is dat niet altijd duidelijk. Probeer daarom vooral zo concreet mogelijk te praten.Zeg zeer duidelijk wat je bedoelt (niet: “wil je me de koffie geven”, maar wel “geef me de koffie”).
• Geef korte, duidelijke boodschappen. Zo geef je de belangrijkste info weer
• Beeldtaal kan soms wel, maar leg dan goed uit wat je bedoelt . En wees je ervan bewust dat ze dit in stressvolle situaties veel moeilijker kunnen begrijpen.

 

Wees consequent in je gedrag

Doe wat je zegt : voer een straf of beloning uit zoals beloofd. Anders schep je verwarring en gaan ze eigenlijk meer gaan “testen” om te kijken hoe je een voglende keer reageert.

 

Houd rekening met het anders waarnemen

• Verwijder de prikkels die stress geven
• Als er zeer veel dingen zijn die stress geven, moet er professioneel ondersteund worden. Zij kunnen helpen om de kinderen stapje voor stapje te leren wennen aan prikkels.
• Bied hulpmiddelen aan om om te gaan met storende prikkels: een hoofdtelefoon, kauwmiddelen, een zitbal,....
• Bied prikkels aan die rust/ontspanning geven
• Hou er rekening mee dat de bodyguard in de hersenen op verschillende momenten anders kan reageren
• Geef tijd om te reageren, om dingen te begrijpen

 

Houd rekening met het anders denken:

• Maak de samenhang tussen verschillende dingen duidelijke (vb: waarom iemand boos reageerde, waarom jij zo handelde in die situatie,...)
• Help hen om het overzicht te bewaren. Teken regelmatig stresserende situaties uit.
• Leer hen om verbale en non-verbale signalen te herkennen en te begrijpen
• Leer hen hoe je rekening kan houden met de mening van anderen

 

Stimuleer executieve vaardigheden:

• Geef ondersteuning in het (zelf) leren plannen en organiseren (vb: stappenplannen, foto’s van opgeruimde kamer, leren werken met agenda,...)
• Help hen met het zoeken naar verschillende oplossingen
• Zoek naar manieren waarop de persoon zijn aandacht langer kan richten op belangrijke prikkels (vb: hoofdtelefoon, muziek luisteren, een andere plaats in de klas,...)